Sigma Personeelsdiensten
Vragen?

Voorlopig geen verplichte minimale stagevergoeding

Voorlopig geen verplichte minimale stagevergoeding

Er komt voorlopig geen verplichte minimale stagevergoeding voor studenten, laat onderwijsminister Bruins weten. De minister roept de sociale partners op om in cao’s afspraken maken over stagevergoedingen en vraagt werkgevers om stagiairs een passende vergoeding te bieden.

Er wordt voorlopig geen verplichte minimale stagevergoeding ingevoerd voor studenten, zo staat in een Kamerbrief van onderwijsminister Eppo Bruins. De minister vindt de onzekere resultaten en nadelige gevolgen vooralsnog te zwaar wegen. Hij hoopt dat de sociale partners in cao’s afspraken maken over stagevergoedingen en vraagt werkgevers om stagiairs een passende vergoeding te bieden.

Stagevergoeding nu niet verplicht

Een stage is in de eerste plaats gericht op leren en ontwikkelen. Een werkgever is dan ook niet wettelijk verplicht om een stagevergoeding te bieden. Het is toegestaan om een vergoeding te geven, maar de werkgever bepaalt zelf de hoogte van het bedrag. Er geldt ook geen wettelijk minimum of maximum voor stagevergoedingen. Het is dus volledig aan de werkgever om te bepalen of een stagevergoeding wordt toegekend en de hoogte hiervan.

Onderzoek naar minimale stagevergoeding

Begin 2024 heeft de voormalig minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een onderzoek toegezegd naar de invoering van een wettelijke minimumstagevergoeding. Het onderzoek beoordeelt de mogelijke voor- en nadelen daarvan. Positieve effecten kunnen zijn: een betere financiële positie, hogere motivatie en betere schoolprestaties van stagiairs. Het is echter onduidelijk in hoever een stagevergoeding echt kansenongelijkheid vermindert of studiesucces bevordert. Tegelijkertijd kan een verplichte stagevergoeding leiden tot minder stageplekken, vooral bij kleine bedrijven en in sectoren waar nu weinig wordt vergoed. Dat kan het voor eerstejaars en mbo-studenten op lagere niveaus moeilijker maken om een stage te vinden. Internationale ervaringen laten gemengde resultaten zien: in Duitsland nam het aantal stageplekken af, terwijl het in Frankrijk juist groeide.

Nog geen verplichting

Gelet op de onzekere resultaten en nadelige gevolgen concludeert minister Bruins dan ook dat het nu niet gepast is om via een wettelijke minimumstagevergoeding passende stagevergoedingen af te dwingen. Hij roept in eerste instantie de sociale partners op om in cao’s afspraken te maken over stagevergoedingen waar deze nog ontbreken. Daarnaast vraagt hij werkgevers om hun stagiairs een passende en gelijke vergoeding te bieden. Hij verwacht dat de sociale partners hun verantwoordelijkheid nemen.

Teleurstelling

Studentenorganisatie ISO is teleurgesteld over de houding van de minister. Volgens de ISO schuift hij de verantwoordelijkheid voor een stagevergoeding af op de werkgever, waardoor stagiairs afhankelijk blijven van toeval: krijgen ze een stage bij een organisatie die bereid is te betalen, of belanden ze bij een werkgever die stagiairs vooral als goedkope arbeidskrachten ziet?

Wel meer bereidheid

Uit onderzoek naar 607 cao’s blijkt wel dat bijna 17% daarvan afspraken over stagevergoedingen bevat, een stijging ten opzichte van 10% in 2023. Het aantal cao’s met een concreet bedrag verdubbelde bijna, met 400 euro als de meest voorkomende vergoeding. Daarnaast nam het aantal cao’s zonder onderscheid in opleidingsniveau toe van 11 naar 39. Afspraken over onkostenvergoedingen bleven echter schaars, met slechts 8%.

Minister Bruins is op basis van deze cijfers voorzichtig positief over de ontwikkelingen rondom stagevergoedingen in 2024 en hoopt dat deze trend doorzet. Hij blijft zich wel inzetten voor een passende stagevergoeding voor alle studenten en houdt de voortgang daarvan in de gaten met behulp van het cao-onderzoek van SZW en CBS-onderzoek. Als de ontwikkelingen toch achterblijven, neemt hij eind 2027 een verplichte minimale stagevergoeding weer in overweging.

naar inspiratie overzicht